Lydia Loveless: alternatieve country zonder cowboyhoed

Lydia Loveless: alternatieve country zonder cowboyhoed

Eind vorig jaar verscheen op de opiniepagina’s van NRC Next  een artikel over countrymuziek. Auteur was Wim Kerkhof, behalve zanger/bassist van The Amazing Stroopwafels ook presentator van het radioprogramma Country en omstreken op Radio Rijnmond. Kerkhof presenteert het programma al sinds 1990, en is een groot liefhebber van country. In zijn artikel betuigt hij niet alleen zijn liefde voor de muziekstijl, hij vraagt zich ook af hoe het komt dat in Nederland maar zo weinig mensen naar country luisteren. Het is zelfs nog erger, volgens Kerkhof ‘worden [wij] geacht niet van country te houden’.
Helemaal ongelijk heeft Kerkhof niet, in Nederland is country inderdaad vrij marginaal. Maar je zou het ook anders kunnen bekijken: voor zo’n specifiek genre heeft het behoorlijk wat liefhebbers!

Want moeten we niet met een andere blik naar countrymuziek kijken? Waarom zouden we country niet zien als een van de vele stijlen in de ‘wereldmuziek’? Hoewel we bij wereldmuziek eerder denken aan muziek uit de niet-westerse wereld (Azië, Afrika, Zuid-Amerika), bedoel ik hier muziek die een sterk lokaal of nationaal karakter heeft, die voortkomt uit een specifieke eigen (lokale/nationale) culturele traditie en daarvan nog altijd wezenlijke kenmerken draagt. Countrymuziek komt dan wel uit de Verenigde Staten, en wordt gezongen in het Engels, maar als je verder kijkt kun je het best binnen ‘wereldmuziek’ indelen.
Bijvoorbeeld:  komt countrymuziek niet voort uit een specifieke Noord-Amerikaanse cultuur, en worden er geen specifieke instrumenten gebruikt die je bijna nergens anders terughoort, zoals de dobro, banjo, pedalsteel en fiddle? Natuurlijk, veel van de bezongen thema’s in countrymuziek zijn universeel: liefde en relaties met alle hoogte- en (vooral) dieptepunten. Maar zijn andere thema’s juist niet specifiek Amerikaans? Het geïdealiseerde platteland, de cowboy, de trots op de familiewaarden (moeders appeltaart), God, de Bijbel, de vlag en het vaderland, de verheerlijking van de redneck of white trash-achtergrond, steun voor de soldaat in het buitenland, het biertje met ‘fried chicken’ in de bar, het is allemaal typisch Amerikaans, en staat vaak ver weg van de belevingswereld van de Europese luisteraar. Zo bekeken doet country het nog heel erg goed.

Brad Paisley
Brad Paisley, een van Amerika’s populairste countryartiesten.

Daarbij komt nog dat countrymuziek vaak geassocieerd wordt met conservatisme (zowel religieus als politiek). Volgens Kerkhof is dat ook de reden dat in de progressieve jaren zeventig in Nederland country verketterd werd. Het is een cliché misschien, die rechts-conservatieve zanger met zijn cowboyhoed, maar niet helemaal onwaar. Hoewel sommigen niet in het conservatieve hokje passen, heel progressief zijn de meesten countryartiesten, hun luisteraars en ‘de industrie’ nu ook weer niet.
Toen een van de leden van de Dixie Chicks, een razend populaire countrygroep, zich in 2003 uitsprak tegen de oorlogspolitiek van president Bush en zijn invasie van Irak, werd de groep uitgespuugd door het publiek, geboycot door radio- en tv-zenders en werden fans opgeroepen hun cd’s door een bulldozer te laten verpletteren. Kritiek op Amerika was ongepast, en andere artiesten (zoals Dolly Parton) maakten juist nummers waarin zij hun steun uitspraken voor de oorlog en het leger. Country komt meestal ook niet uit New York, Californië of Portland (Oregon), de progressieve delen van de V.S. waar we vanuit Europa graag naar kijken, maar juist veelal uit die staten waar conservatieve, Republikeinse stemmers in de meerderheid zijn.

Allemaal mogelijke redenen om country te beschouwen als ‘wereldmuziek’. Het kan ook mogelijk verklaren waarom Nederlandse luisteraars niet zoveel met countrymuziek zouden kunnen hebben. Daar is helemaal geen ‘elitaire smaakpolitie’ voor nodig, zoals die door Kerkhof wordt opgevoerd. En daarbij, juist aan country gerelateerde stijlen zoals countryrock en wat we nu Americana noemen zijn in Nederland wel degelijk populair. Maar ja, dat is dan weer geen ‘echte country’… Overigens, een traditionele stijl zoals bluegrass beleefde, met dank aan de film Oh Brother, Were Art Thou?, ook in Nederland een sterke opleving. Geen redenen voor somberheid lijkt me.

Alison Krauss
Alison Krauss, de grote ster van de bluegrass, met haar band Union Station.

Maar goed, dit is een hele lange inleiding om te komen tot datgene waar ik het eigenlijk over wil hebben: Lydia Loveless. Deze Amerikaanse zangeres maakt ook country, maar dan wel het soort dat we in Europa en Nederland ook leuk zouden kunnen vinden. Ik kan het in ieder geval zeer waarderen.
Begin 2014 verscheen haar derde album, Somewhere Else. De muziek van Lydia Loveless heeft overduidelijk haar wortels in de countrytraditie, maar Loveless geeft deze wel een moderne draai door een stijl als honky tonk te combineren met alternatieve rock. ‘Countrypunk’ of ‘alternative country’ is het genre dat daarom op haar muziek wordt geplakt. Haar muziek verschijnt dan ook uit bij een platenlabel uit Chicago dat gespecialiseerd is in punk en alternatieve rock.

Lydia Loveless

Loveless bracht haar jeugd door op het platteland van Ohio, ze zingt een beetje met die kenmerkende ‘knauw’ in haar stem, er zit een pedalsteel in haar band, de bassist plukt en trekt aan de snaren van een ouderwetse contrabas en soms horen we zelfs een fiddle, maar haar nummers hebben weinig te maken met de gladgestreken producties uit countryhoofdstad Nashville. Bij Lydia Loveless ligt het tempo een stuk hoger, is de muziek veel rauwer en zijn de teksten vaak openhartiger, of het nu gaat over emotionele problemen, drankgebruik, seks of een stalker die lijkt op Steve Earle.
Somewhere Else werd zeer goed ontvangen door de Amerikaanse pers, en terecht. En ook Lydia Loveless’ tweede album, Indestructable Machine (2012) mag er zijn, net als Boy Crazy, de EP die ze in 2013 uitbracht. Haar debuut, The Only Man uit 2010, heb ik nog niet geluisterd, maar ik heb begrepen dat Loveless er zelf minder blij mee is, omdat het door de productie klinkt als een ‘slick, polished, Nashville-style record’. Glad en gelikt zijn de platen die daarna kwamen in ieder geval niet nee. Luister maar eens naar To Love Somebody, de eerste single van Somewhere Else:

Maar genoeg geschreven nu. Hieronder enkele video’s va Lydia Loveless live, voornamelijk met tracks van Indestructable Machine.
Ik ben het met Wim Kerkhof eens dat er geen enkele reden is om countrymuziek bij voorbaat af te schrijven. Maar voor wie toch wat argwaan heeft, is Lydia Loveless misschien een goed begin.

Reacties zijn gesloten.