Delft: Prinsenhof, Oude en Nieuwe Kerk

Delft: Prinsenhof, Oude en Nieuwe Kerk

Dat Rotterdam geen historische binnenstad heeft is algemeen bekend. We weten natuurlijk ook allemaal hoe dit komt – hoewel de gretige stadsvernieuwers die al voor het bombardement klaar stonden met de sloopkogel en een nieuw stratenplan wel eens worden vergeten. Je kan hier boos over worden, over treuren, of op de fiets stappen naar het in de negentiende eeuw door Rotterdam geannexeerde Delfshaven. Een alternatief is om de trein te pakken. Want binnen 15 minuten ben je vanaf CS in het historische centrum van Delft.

Johannes Vermeer - Gezicht op Delft (c.1660-1661), Mauritshuis.
Johannes Vermeer – Gezicht op Delft (c.1660-1661), Mauritshuis.

Wie eenmaal de bouwput van station Delft heeft verlaten (zijn er ook stations die níét verbouwd worden?) staat zo tussen de grachtjes en oude geveltjes (verkleinwoorden zijn hier op hun plaats) van de Delftse binnenstad. Die is erg fraai, pittoresk en overzichtelijk. En er is veel te bekijken. Zo was ik op reis gegaan om eindelijk eens Museum Het Prinsenhof te bezoeken, en de Oude en Nieuwe Kerk.

Het Prinsenhof is natuurlijk de plek waar Willem van Oranje in 1584 werd vermoord, maar het is daarbij ook een heel prettig museum. Oorspronkelijk was het Prinsenhof een klooster, maar na de Reformatie verloor het deze functie, en werd het ingericht als hof voor Oranje. Tegenwoordig is er een vaste expositie gewijd aan het begin van de Opstand en de rol van Willen van Oranje hierin. De tentoonstelling leidt de bezoeker onvermijdelijk langs de plek van de moord: de trap en de gaten in de muur. Tot mijn eigen verbazing deed het me meer dan ik vooraf had gedacht om die plek nu eens zelf te bekijken. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de wording van de Republiek en Delft in de ‘gouden’ zeventiende eeuw, met veel mooie schuttersstukken en andere uitingen van trots burgerschap.
Het Prinsenhof is niet alleen als historische plek erg interessant, maar ook als museum, zeker omdat de indeling van het oude gebouw nog grotendeels intact is gebleven. Daardoor moeten er misschien wat trappen worden gelopen en zijn er veel drempels en krakende vloeren, maar voegt wel veel toe aan de sfeer (hoewel daardoor minder geschikt bezoekers die slecht ter been zijn.) Daarnaast zijn er ook wisselende tentoonstellingen, ten tijde van mijn uitstapje over Delfts blauw.

Fokke & Sukke waren ook in het Prinsenhof. (bron: www.entoen.nu)
Fokke & Sukke waren ook in het Prinsenhof. (bron: www.entoen.nu)

Tegenover het Prinsenhof ligt de Oude Kerk (1246). Te bezoeken voor een klein prijsje, en met hetzelfde kaartje kun je ook naar de Nieuwe Kerk. Hoewel de Nieuwe Kerk door het monument voor Willem van Oranje en de grafkelder van de Oranjes bekender is, is de Oude Kerk ook erg interessant. Zeker voor Rotterdammers (al dan niet uit Delfshaven), want hier is het grafmonument voor Piet Hein (1577-1629)! Daarnaast is er ook een groot praalgraf voor een andere zeeheld, Maarten Tromp (1598-1653), en zijn er de graven van schilder Johannes Vermeer (1632-1675), raadpensionaris Anthonie Heinsius (1641-1720) en Anthoni van Leeuwenhoek (1632-1723) te vinden. De bezoeker van de kerk loopt trouwens over talloze grafstenen, van soms bekende namen. Ook de glas-in-loodramen zijn erg mooi.

Op loopafstand van de Oude Kerk ligt de Nieuwe Kerk (ca. 1393), tegenover het stadhuis. Hier was ik al eerder geweest, maar nu bekeek ik het monument voor Willem van Oranje toch met andere ogen. Het is een indrukwekkend bouwwerk, met een verwijzingen en een (beeld)taal die je vaak in vroegmoderne tijd tegenkomt, zoals de vrouwenbeelden die de gerechtigheid, kracht en vrijheid uitbeelden. En dan is er het hondje aan de voeten van Oranje, als symbool van trouw. Wat nu als Willem van Oranje toch meer een ‘kattenpersoon’ was geweest?

Dirck van Delen, Een familiegroep bij het praalgraf van prins Willem I in de Nieuwe Kerk te Delft, 1645, Rijksmuseum Amsterdam
Al in de 17e eeuw een bezienswaardigheid: Dirck van Delen – Een familiegroep bij het praalgraf van prins Willem I in de Nieuwe Kerk te Delft, 1645, Rijksmuseum Amsterdam

De immense steen die de grafkelder van de Oranjes afsluit trok overigens meer geïnteresseerden. Opvallend vond ik dat er in de kerk video’s te zien waren van recente bijzettingen, zoals die van prins Claus (in 2002) en koningin Juliana (in 2004).
Ook Hugo de Groot (1583-1645) heeft zijn graf in de kerk, met een monument, en hij heeft ook een eigen glas-in-loodraam, maar door de restauratie was dat nu niet te zien.

'Kracht' en 'Vrijheid' op het grafmonument.
‘Kracht’ en ‘Vrijheid’ op het grafmonument.

De Oude Kerk en de Nieuwe Kerk zijn allebei zeer het bezoeken waard. Van de Nieuwe Kerk kan overigens de toren ook beklommen worden, maar dat heb ik niet gedaan.
Eén tip: het is in beide kerken bijzonder koud. Dus wie overweegt ze in de herfst of winter te bezoeken, kan zich maar beter warm aankleden. Of het bezoek uitstellen tot de zomer…

Wie geen behoefte heeft aan het bezoeken van monumenten en musea kan zich in Delft ongetwijfeld ook goed amuseren in de vele cafeetjes en restaurants. Want die compacte historische binnenstad is heel gezellig. Toch kwam bij mij de gedachte op dat die oude Hollandse steden, hoe charmant ook, wel erg op elkaar lijken. Op de terugweg naar het station deed Delft me veel aan Leiden denken, alleen dan (nog) kleiner. Eenmaal terug, fietsend over de Westersingel en langs het Museumpark, werd ik toch weer heel blij van Rotterdam. Historische binnenstad of niet.

Reacties zijn gesloten.