De Delft: 18e-eeuws oorlogsschip in aanbouw

De Delft: 18e-eeuws oorlogsschip in aanbouw

Het VOC-plein in Rotterdam Delfshaven is een leuk nieuwbouwwijkje rondom het voormalige Zeemagazijn, in de zeventiende eeuw als pakhuis gebouwd door de VOC. Want waar nu eengezinswoningen en appartementen staan, was in het verleden een scheepswerf waar in opdracht van de Delftse Kamer (‘afdeling’) van de Verenigde Oost-Indische Compagnie schepen werden gebouwd. Tegenwoordig wordt op enkele honderden meters afstand van deze werf, aan de Schiehaven, opnieuw aan een schip gewerkt: een reconstructie van het achttiende-eeuwse oorlogsschip Delft, eveneens gebouwd in Delfshaven. Wie met eigen ogen wil zien hoe de hedendaagse Delft ontstaat, kan terecht in de historische werf Rotterdams Welvaren.

Gezicht op Delfshaven
Mathias de Sallieth – Gezicht op Delfshaven, 1780-1787 (Rijksmuseum Amsterdam). In het midden molen de Distilleerketel, die nog steeds bestaat. Rechts daarvan het Zeemagazijn.

Om misverstanden te voorkomen: de achttiende-eeuwse Delft is niet gebouwd op de VOC-werf. De werf was te klein voor dit formaat schepen. De opdracht kwam ook niet van de VOC, maar van de Rotterdamse Admiraliteit, ook wel Admiraliteit op de Maze genoemd. De Admiraliteiten (er waren er in totaal vijf) waren in de Nederlandse Republiek verantwoordelijk voor de oorlogsvloot. De Rotterdamse Admiraliteit was eerst gevestigd op de Botersloot en daarna in de buurt van het huidige Oostplein, en had werven op verschillende locaties voordat eind zeventiende eeuw een plek werd gevonden op het zogenaamde Reuzeneiland. De straatnamen Land’s Werf en Admiraliteitskade (tussen Oostzeedijk en Maasboulevard) herinneren hier nog aan. Omdat in 1782 op de werf van Admiraliteit al het schip de Brakel werd gebouwd, kreeg de particuliere werf De Hoog & De Wit in Delfshaven de opdracht voor de bouw van zusterschip de Delft. De werf lag naast de VOC-werf, en kon wel grotere schepen afleveren.
Het bekendste schip van de Rotterdamse Admiraliteit overigens is ongetwijfeld de Zeven Provinciën, het vlaggenschip van admiraal Michiel de Ruyter, dat onder meer betrokken was bij de roemruchte Tocht naar Chatham (1667) en de Slag bij Solebay (1672). Op de Bataviawerf (Lelystad) wordt nu aan een reconstructie van de Zeven Provinciën gewerkt.

De Delft, gebouwd in 1782, was een zogenaamd linieschip, met 56 ‘kanons’ aan boord (op zee zijn het kanons, op land kanonnen). De belangrijkste functie was het escorteren van handelskonvooien, bijvoorbeeld van de VOC of West-Indische Compagnie (WIC). In 1797, toen Nederland onder Franse invloed was gekomen, werd de Delft ingezet in een oorlog met Engeland, en door de Engelsen tot zinken gebracht tijdens de Zeeslag bij Kamperduin. In 1977 vonden duikers wrakstukken van de (toen nog niet geïdentificeerde) Delft, en in de loop der tijd werden meerdere originele onderdelen uit zee gehaald, zoals een kanon en het anker.
Rond het jaar 2000 werd besloten dat er in Delfshaven een project zou komen om de Delft te reconstrueren, onder meer om jongeren te kunnen opleiden, maar ook om het publiek te informeren (aldus de website). Deze doelen zijn op zich helder, maar waarom men nu precies voor de Delft koos, is mij niet helemaal duidelijk. Er zullen meer dan genoeg andere schepen in Delfshaven en/of Rotterdam zijn gebouwd, dus wat was er dan zo speciaal aan de Delft om juist dit schip te reconstrueren?

Rotterdams Welvaren De Delft Delfshaven
Maquette van 18e-eeuws Delfshaven, met molen de Distilleerketel en de Delft in aanbouw. (bron: www.rotterdamswelvaren.nl)

Inmiddels is het project meer dan tien jaar verder. Is het opgeschoten met de Delft? Niet zo snel als gehoopt. Het schip had al af moeten zijn, maar zover is het nog lang niet. Het geraamte van het schip – kiel en spanten – is er, maar de bouw ligt momenteel zo goed als stil. De belangrijkste oorzaak is het wegvallen van de gemeentelijke subsidies, terwijl de bouw erg duur is: één eikenhouten spant kost ongeveer 18.000 euro! En de Delft was nogal een groot schip, dus daar gaan heel wat spanten in. Ambitieus was het project dus zeker, een beetje té misschien wel: het is de grootste reconstructie van een historisch houten oorlogsschip ter wereld. Daarbij draait het project ook nog eens volledig op vrijwilligers en leerlingen. De doelen zijn daarom inmiddels bijgesteld. De nadruk is minder bij de Delft komen te liggen, en meer bij het leerwerkbedrijf. De naam werd dan ook veranderd in Historische werf Rotterdams Welvaren, en de Delft is hier een onderdeel van. Er worden nu eerder plantenbakken getimmerd dan aan het schip zelf.

Alleen al om de werf een beetje financieel te steunen is het daarom leuk om een bezoek te brengen aan Rotterdams Welvaren. Er is een bezoekerscentrum, met een kleine tentoonstelling, een maquette van Delfshaven in de achttiende eeuw en een maritieme boekhandel. Onder begeleiding van een vrijwilliger kunnen alle aspecten van de scheepsbouw worden bekeken. Dat is handig gedaan: de bezoeker loopt over een soort galerij en heeft zo van bovenaf een mooi overzicht over onder meer de timmermanswerkplaats, de  blok- en zeilmakerij en smederij. Er wordt gewerkt aan een model van de Delft op schaal 1:10, oude sloepen worden opgeknapt en ook het vele houtsnijwerk vindt hier plaats. Daarnaast zijn langs de galerij opgedoken onderdelen van de originele Delft tentoongesteld.

Het schip zelf ligt buiten, aan de kade. Dat de Delft een groot schip is kan niemand ontgaan, want het steekt ver boven de werf uit en is bijvoorbeeld vanaf de weg goed zichtbaar. Zeker door het opvallende en felgekleurde boegbeeld, de galjoensleeuw van ongeveer 4,5 meter hoog, die al voltooid op zijn plaats hangt en een echte aandachtstrekker is (hier een filmpje). Wie aan onderaan de kiel van de Delft staat, en de kolossale spanten boven zich ziet uittorenen, raakt al snel geïmponeerd. Ook het uitzicht vanaf het uitkijkplatform in het midden langs de kiel is indrukwekkend. Wat een enorme massa hout, wat een werk heeft daar ingezeten! Maar ook: wat een project, wat moet er allemaal nog niet gebeuren, komt dit ooit nog af? Op mijn vraag hierover was het antwoord van de gids veelzeggend: hij wist het niet. Het is met de Delft een beetje als met andere megaprojecten die maar voortduren en waarvan het einde nog niet in zicht is: eigenlijk te groot (en vooral te duur) om nog verder te gaan, maar tegelijkertijd is er ook al te veel geld, tijd en energie in geïnvesteerd om te stoppen. Dat stemt toch wel enigszins droevig.

Ondertussen staat de onvoltooide Delft daar dus, in weer en wind, in snikhete zomers en ijskoude winters. Dit heeft natuurlijk gevolgen voor het schip in aanbouw, dat zelf ook weer geconserveerd moet worden. Het is bewonderenswaardig dat de vrijwilligers en andere betrokkenen de moed niet opgeven en blijven volhouden. Ooit zal het schip te water gaan, eens…

Rotterdams Welvaren De Delft bronzen kanon 1667
Het wapen van de Admiraliteit van Rotterdam op het bronzen kanon uit 1667.

Slaagt de Delft er tenslotte in het maritieme verleden dichterbij te brengen? Ja en nee. Je komt als bezoeker van Rotterdams Welvaren meer te weten over (historische) scheepsbouw en schepen, en het is zeker boeiend om te zien hoe dergelijke schepen in de achttiende eeuw in elkaar zaten en eruit zagen. Hierdoor kan je het verleden beter begrijpen.
Tegelijkertijd realiseer je je ook constant (ik althans) dat dit een reconstructie is, en niet het ‘echte werk’. Het is nieuw, en geen geschiedenis, en daardoor mist het juist datgene wat historische objecten fascinerend kan maken: direct contact met het verleden. Mijn favoriete object op de werf Historisch Welvaren is dan ook niet voor niets het opgedoken bronzen kanon dat binnen tentoongesteld staat. Het kanon verkeert nog in mooie staat, heeft het wapen van de Rotterdamse Admiraliteit en is gegoten in 1667. Het jaar van Chatham! Zou dit kanon er misschien bij zijn geweest, toen de Nederlandse vloot onder leiding van De Ruyter (en Cornelis de Witt) de Engelse marinebasis aanviel, schepen en werven vernielde, en de Engelsen vernederde door hun vlaggenschip de Royal Charles in triomf mee te nemen? Het zou zo maar kunnen.
Hoe knap gemaakt ook, hoeveel een vakwerk, ijver en volharding er ook de in de reconstructie van de Delft zitten, en daar ben ik oprecht van onder de indruk, een dergelijk verhaal zal nooit aan de moderne Delft verbonden worden. Maar, misschien krijgt de Delft ooit wel zijn eigen verhaal. Over het nagebouwde achttiende-eeuwse schip in Delfshaven, dat ondanks alle tegenslagen toch voltooid werd, en jaarlijks vele toeristen trekt. Ik hoop het van harte.

Op de website van de historische werf Rotterdams Welvaren is veel informatie over de oorspronkelijke Delft en de reconstructie te vinden.
Meer lezen over de VOC-werf en andere scheepswerven in historisch Delfshaven kan o.a.  hier en hier.
Voor informatie over de Admiraliteit van Rotterdam heb ik gebruikt: Els van den Bent, Wilma van Giersbergen en René Spork, Geschiedenis van Rotterdam. De canon van het Rotterdams verleden (Zutphen 2011) 55-58.

Reacties zijn gesloten.